Kunst en natuur lijken tegenovergestelde begrippen, maar daar is Will Beckers het zeker niet mee eens. De zelfbenoemde ‘architect van de natuur’ streeft er altijd naar zijn werk een te laten zijn met het landschap en de kijker een bestaande omgeving op een nieuwe manier te laten ervaren. Op Landgoed Nieuw Leeuwenhorst doet hij dat met een werk dat samenvalt met de alom aanwezige Noordwijkse bollenteelt. We spraken Will over zijn proces, over de kracht van verandering en over onze rol als mens daarin.
BN: Je omschrijft jezelf als land art kunstenaar, beeldhouwer en architect van de natuur. Wat moeten we ons daarbij voorstellen?
Will: ‘Ik maak graag interventies als groeivormen en biosculpturen met de natuur, met als doel om mensen wakker te schudden met een omgeving die ze voorheen niet gezien hebben. Dat kan op een hele gemakkelijke manier, voor mij althans, door iets toe te voegen en daarbij de natuur te betrekken. Ik hou van die symbiose, waarbij de natuur zich laat samenvloeien met mijn werk. Dat is een gevoelige manier van kunst benaderen en ook van kunst laten ervaren door de bezoeker.’
Natuur is van zichzelf veranderlijk, daarom is het natuur. Er zit dus een grens aan hoeveel je kunt plannen en ontwerpen. Is dat where the magic happens in jouw werk?
‘Absoluut, juist vanwege de constante verandering vind ik het interessant om dat proces van aanplanten en de seizoenen die veranderen te zien en te ondergaan en ook deels mee te nemen als onderdeel van het project. Op een bepaald moment heb ik een idee en dat is op zichzelf al een beperking, want het is iets waarin je jezelf vastlegt. Daarna ga ik aan de slag als interactie met de natuur, totdat de natuur het overneemt. Dan ga je veranderingen zien die je moet accepteren en meeneemt. Zo heb ik werken die al vijftien tot twintig jaar in hun gebied liggen. Daarbij zie je dat de natuur compleet de overhand neemt en is het leuk om zo nu en dan terug te komen, aanpassingen te maken en het proces van groei daarin mee te nemen.’
Dus ook bij werken die er al jaren liggen kom je nog steeds terug?
‘Dat blijf ik doen tot ik er niet meer ben. En dan ga je opeens heel mysterieuze bossen zien ontstaan, ook wel een leuk idee eigenlijk. Kunst is voor mij een vorm van experiment, daarmee bedoel ik dat je niet weet wat voor uitkomst we krijgen. Deze vorm van vrijheid voel ik als ik terugkom bij vroegere projecten waarbij de natuur vanuit zichzelf experimenteert, vorm geeft en vecht om terug de leiding te krijgen. Een prachtige vorm van symbiose, waarbij ik als kunstenaar een tijdelijke interventie nastreef.’
Met jouw werk ga je op zoek naar wat je de ‘oervorm’ noemt. Wat is die oervorm voor jou?
‘Dat is het besef dat alles verandert, zowel natuur als mens. We zijn constant in verandering, als personen en zeker onze omgeving. Ik heb zelf in mijn leven al een paar hevige veranderingen ondergaan en daarbij kwam ik iedere keer weer op het proces dat ik moet aanpassen, dat ik mezelf weer moet leren kennen. Dat proces is een onderdeel van waar ik nu constant mee bezig ben, een gevoel van constante transitie.’
En laat ‘Transities’ niet geheel ontoevallig ook het thema van deze biënnale zijn. Jij klinkt heel positief over veranderingen in de natuur maar het is natuurlijk niet allemaal goed nieuws. Kijk je er ook wel eens negatief tegenaan?
‘Wat de natuur betreft ben ik enorm positief, door de constante metamorfose in evolutie blijft de aarde op zoek naar groeiprocessen. Dit in grote tegenstelling tot de mens, die zich een bepaald zelfbeeld heeft gecreëerd in hiërarchie. Alsof wij alles beheersen. Naar mijn gevoel missen we een onderdanig gevoel en hebben we geen respect en compassie meer met wat er al aanwezig is. In miljoenen jaren evolutie is zó veel ontstaan, daar gaan we te kortzichtig mee om. We eigenen ons van alles toe en daar heb ik een ontzettende hekel aan.
Alles wat we zien denken we te kunnen gebruiken, maar op den duur raakt het op. De natuur denkt niet, die gaat gewoon door en past zich wel weer aan. Maar wij mensen zijn daar helemaal niet mee bezig. Eigenlijk ben ik een beetje een groene strijder, een stille activist, om te laten zien hoe waardevol dit alles is.’
Kun je al meer vertellen over wat je in Noordwijk gaat doen of is dat helemaal afhankelijk van wat er de komende tijd in de omgeving gaat gebeuren?
‘Het project is gebaseerd op de historie van het landschap, de bollenteelt. Men werkt daaraan vlakbij mijn locatie dus ik ben gewoon over het veld gaan wandelen en heb me laten inspireren.
Het werk wordt vrij groot en soms zie je het, maar soms ook niet, afhankelijk van waar in het landschap je je bevindt. Het zijn allemaal open ringen die gekoppeld zijn en wanneer je er langs wandelt ga je de ritmiek van de schubben van een bol ervaren, als de gelaagdheid van een ui. Daardoor hoop ik dat mensen een trigger krijgen om het landschap anders te beleven.’
Je werk zit duidelijk vol ideeën en idealen, maar uiteindelijk is het aan de bezoeker om het te beleven en interpreteren.
‘Het is een proces, ook voor mij. Het is een zoekproces waarmee je jezelf kunt verrijken in beeld en kennis. Daarom heb ik dit beroep gekozen, ik vind het geweldig.’